Het aandeel werknemers dat de bedrijfswagen inruilt voor het mobiliteitsbudget is volgens het hr-bedrijf SD Works tussen 2022 en 2023 verdubbeld. Een goede vooruitgang, ook al vertegenwoordigt dit in ruwe cijfers slecht 0,4% van de werknemers, ofwel 1 op 250 werknemers. Vooral in Brussel wint het mobiliteitsbudget aan populariteit.

Op 1 maart bestaat het mobiliteitsbudget al 5 jaar. Daarmee kunnen werknemers hun (recht op een) bedrijfswagen inruilen voor een budget dat ze kunnen besteden aan onder andere een elektrische wagen, een fiets, een trein-, bus- of deelabonnement. Als ze binnen een straal van 10 kilometer van hun werk wonen of meer dan de helft van de tijd van thuis werken, kunnen werknemers dit budget ook inzetten om een hun hypothecaire lening of huishuur te betalen.

Een aantal cijfers

• In 2023 gebruikte 77% van de werknemers hun mobiliteitsbudget voor huisvestingskosten. In 2021 was dat nog 45%, in 2022 52%.
• Daarnaast wordt vooral geld uitgegeven aan fietsen (fietsaankoop, deelfietsabonnement …).
• 1 op de 35 werknemers kiest nog steeds voor een bedrijfswagen.

Volgens de analyse van SD Worx bij meer dan 36.000 werkgevers en meer dan 1,1 miljoen werknemers is het aandeel werknemers met een mobiliteitsbudget in 2023 verdubbel van 0,2 naar 0,4 procent en is de mediane waarde van het mobiliteitsbudget met 30% gestegen: van 6.000 naar 7.800 euro. Werkgevers moeten rekening houden met absolute grenzen voor het mobiliteitsbudget. In 2023 moest het budget minstens 3.000 euro en maximaal 6.000 euro bedragen. Dit jaar worden die grenzen geïndexeerd.

Brussel op kop

Het is dan ook niet verwonderlijk dat in Brussel, waar openbaar vervoer en gedeeld vervoer het meest ontwikkeld zijn, bedrijven hun werknemers het vaakst de keuze geven: 3,5% van hen biedt een mobiliteitsbudget aan in plaats van de bedrijfswagen. In Vlaanderen en Wallonië daarentegen biedt respectievelijk slechts 1% en 0,8% deze optie aan.

Er zijn echter aanzienlijke verschillen in de twee Brabantse regio’s: 2,6% in Vlaams-Brabant en 2,4% in Waals-Brabant. Ook hier kunnen de nabijheid van de hoofdstad en het reisgemak deze cijfers verklaren. Vooral medewerkers tussen 25 en 35 jaar oud ruilen een bedrijfswagen in dankzij het mobiliteitsbudget.